Is Leiden - Wageningen - Leiden een springplank? LWL 2021

12 oktober 2021 - Leiden, Nederland

Is Leiden - Wageningen - Leiden een springplank?

Wie een verregende zondagmiddag doorbrengt glurend naar de aloude treurbuis, en zich verstrooit met een uitzending van een wielerwedstrijd kan de indruk krijgen dat de verbale deur van een speelgoedkast op een jongenskamer is opengevallen. Vooral die snijbonen van de NPO verrijken/ verarmen hun commentaar met oerlelijke metaforen; sprinttreintjes schieten naar voren, springplanken worden geïnstalleerd, vingers zitten tussen de deuren, moeilijke puzzels moeten worden gelegd en het spel is op de wagen…

En wie van de pen moet leven en verlegen zit om gemeenplaatsen kan zijn blocnote vol schrijven met kreten zoals: “aan de boom wordt stevig geschud” of “aan de achterkant van het peloton staat de deur wagenwijd open”. Ik heb hier geloof ik wel vaker mijn mening over gegeven, en ja soms lijkt het wel of ik mijzelf herhaal, maar dat is het prerogatief van het journaille. Ik krijg nooit relevant commentaar, dus heb ik in mijn belevingswereld natuurlijk altijd gelijk.

Ach beste lezer, alweer een nieuw artikel over de zich jaarlijks terugkerende rituele wielerdans in het najaar, de oerklassieker der vallende Blaad’ ren der Lage Landen, Leiden - Wageningen - Leiden. Het initieert bij mij altijd een volle scheut melancholie, mede gevoed door het kruidenbittertje naast mijn schrijfmachine, een smartlap of Duitsche Schlager op de grammofoonspeler, een stompje sigaar in mijn mondhoek, en herinneringen aan andere, betere tijden. Een jaarring erbij, tijd wordt een schaars goed.

Die hang naar andere tijden moet toch ook de reden zijn dat de heren Munstege de laatste jaren aan de start verschijnen met retro materiaal dat de ontdekking van het vuur moet hebben meegemaakt. Die twee welhaast bejaarde retrofielen, lijken te denken dat het hier om een competitie gaat waarbij de meest periode correct uitgevoerde uitmonstering de eindprijs binnenrijft. Niets is minder waar. LWL is geen geriatrisch uitje voor wieleropa’s. LWL is een serieus wielerevenement dat dan wel niet onder auspiciën van de KNWU wordt georganiseerd, maar inderdaad een ‘springplank’ kan zijn voor jonge talenten die hun neus aan het venster willen drukken om zo een profcarrière in gang te zetten.

Boze tongen beweren dat de wedstrijdinrichter, de Snokmaster en mijzelf een heilige drie-eenheid vormen, die alles doofpotterig bedisselen zoals men dat in het Haagsche zo gewoon is. Ik kan u verzekeren dat ik een onafhankelijke verslaggever ben, en slechts bericht over datgene wat ikzelf voor waarheid aanneem. En ik verzeker u beste lezer, van mijn wielerschrijverij kan ik niet bestaan. Dit verslag levert nauwelijks wat op, en van het in eigen beheer uitgegeven boek ‘Mijn leven met de Snokmaster’ staat bij mijn meelijwekkende voorwerp nog een rekening open van fl. 3695,76. (Graag voldoen in zilveren guldens, Snokmastertje!)

Andere vileine tongen, vermenen dat de Snokmaster en ik een twee-eiige eenling zijn uit een Duivelsei. Het Opperwezen verhoede het, in weinig mis te verstane sneren laat ‘de renner Munstege’ zich altijd laatdunkend over mij uit. Ik ben “een alcoholistisch brok pennenlikker dat geld moet lenen voor ranzige betaalde liefde.” Neen beste lezer, woorden van waardering jegens mij, die de mond van de Snokmaster verlaten zijn zo zeldzaam als een kip met tanden.

Ik moet er van allerlei klusjes bijdoen; scripts schrijven voor telefonische colportagecentra, bijsluiters corrigeren van homeopathische middelen en ik recenseer Bouquetreeks uitgaven voor een regionaal weekblad. Geen vetpot. Ach, en de moderne mens met zijn virtuele wereld, ik ken hem niet, beste lezer. Oh, hem is mannelijk, terwijl dat door en voor de moderne mens tegenwoordig genderneutraal moet worden omschreven. Het sociale glijmiddel van wat wij benoemen als moderniteit. Dat schip was bij mij al de haven uit nog voordat de kiel was gelegd. Debiele telefoons, interwebs, aaipetten, tabletten zo groot dat ze zelfs rectaal niet in te nemen zijn. Ik begrijp niets meer van deze moderne virtuele wereld waar de (a)sociale media en Gezichts(bedrog)boeken voornamelijk het snaterpodia lijkt voor verongelijkte schreeuwers, complotterroristen en respectlozen met een gebrek aan eigen identiteit. Die virtuele wereld, wat is dat eigenlijk? Als de aarde al plat blijkt te zijn, dan heeft die virtuele wereld niet meer diepgang dan een pannenkoek…

Virtueel, is ‘an sich’ een schitterend woord. Een woord dat in de wielerjournalistiek werd geïntroduceerd door wijlen collega Jean Nelissen: “Laurent Fignon rijdt met deze voorsprong virtueel in de gele trui”. Prachtige, tot de verbeelding sprekende beeldspraak, die meteen precies uitlegt wat de huidige situatie is. Wie tegenwoordig een virtueel kikkervirusje door de plee spoelt, loopt de kans binnen afzienbare tijd in zijn of haar virtuele genitaliën gebeten te worden door een gemuteerde iPad.

Aan de start

Dit jaar stonden er 6 gewilligen aan het vertrek bij de Willem van der Madeweg 1. LWL is inmiddels een internationaal erkend evenement; laureate van vorig jaar, Jolanda Straathof speciaal hiervoor uit Texas overgevlogen, H.F.M Munstege (inderdaad broer van het zelfverklaarde wielerfenomeen) uit Mali, en Uffe Lindhardt, wielerveteraan uit Denemarken zorgden voor het globale cachet. Drie gerenommeerde oudgedienden completeerden het zestal; Willen Blöte, winnaar van de 2006 editie en die hiermee na enige jaren van afwezigheid zijn comeback maakt, Rob Disseldorp machtsmens pur sang en de motor van de steeds langer durende neutralisatie, en de onvermijdelijke ‘Snokmaster’ Munstege.

Gelukkig bleef de voertaal Nederlands. De SwABo renners schitterden dit jaar door afwezigheid, wellicht hield dat verband met de aangekondigde terugtrekking van ‘De Leidsche Fietskoerier’ als petjessponsor. LWL was daarmee ook onthoofd van de talentenkweekvijver die SwABo sinds jaar en dag inbrengt.

De tocht naar het keerpunt Wageningen verliep vlot en voorspoedig; geen regen of lekke banden. De snelheid zat er goed in, zodanig goed zelfs dat het bochtenwerk en het harde aanzetten na een bocht, later in de ‘koers’ een breekpunt zou gaan vormen voor de irrigatie-ingenieur uit Mali. De zon deed goed zijn best en dat bracht ook de rest van recreërend Nederland ter been. De wegen en fietspaden van het parcours stroomden vol met dagjesmensen, waardoor LWL ook een hindernisbaan werd.

Keerpunt

Na de inwendige mens versterkt te hebben op het terras in Wageningen werd de tocht terug ingezet. Dat vrijwel meteen begon met een prestigeduel de Grebbeberg op tussen Disseldorp en Lindhardt. Dit bracht duidelijk aan het licht wie de twee sterksten waren van dit ‘geplaceerde wielerevenement’, zoals het aangekondigd was. ‘Den Dissel’ wist iedere ‘beklimming’ in zijn voordeel te beslechten, maar het was lang geleden dat hij zo getest was. De ‘retrofietsers’ namen deze schermutselingen vanaf de achterkant waar, waarbij ze steeds verder naar de achtergrond verdwenen naarmate ‘de koers’ zich verder ontvouwde. Gelukkig is LWL het enige wielerevenement dat zo’n lange neutralisatie kent. De reddingsboei voor de spartelende Munsteges… Lange voorbereidingen, eindeloos lijkende tochten door Frankrijk ten spijt; de tand des tijds slaat onverbiddelijk toe.

Dat de Snokmaster nog zo lang standhield, was gezien zijn wielerverleden niet zo verbazingwekkend. Echter, het afhaken voor de finale van de irrigatie-ingenieur na Alphen a/d Rijn was betreurenswaardig; hij had gehoopt op een reprise van zijn winst in 2003. Maar het al eerder vermeldde aanzetten en bochtenwerk werd hem te machtig, en hij wierp de handdoek vlak nadat Lindhardt afdraaide in Alphen. Lindhardt vergooide daarmee een zekere podiumplaats; helaas een DNF achter zijn naam. “Uffe is wel een enorme aanwinst voor dit internationale evenement, zijn kopwerk en inzet schroefden het tempo goed op, en legden de lat wat hoger dan het ‘toertochtniveau’ waar altijd veel over geklaagd wordt in de wielerwandelgangen”, aldus de wedstrijdinrichter.

Met een verachterde H.F.M en de afgedraaide Lindhardt, was de ‘finale’ een eenvoudig klusje voor ‘Den Dissel’. Een versnelling van kop af aan, deed de drie volgers amechtig naar adem happen, ze werden als lastige vliegen afgeschud. Met machtige slagen van zijn imponerende kuiten sloeg Disseldorp een onoverbrugbaar gat, en claimde terecht de ereprijs van deze editie van Leiden – Wageningen – Leiden. De multi winnaar was immens blij met deze zegetocht: “LWL is altijd de eerste koers die ik aan mijn wieleragenda toevoeg, en waar ik een jaar lang naar uitkijk. Voor mij het ijkpunt van mijn conditie!” Voor Disseldorp is een ritje van 200 kilometer een eenvoudige ‘warming -up’, hij legt regelmatig de dubbele afstand af…

De kop van dit artikel stelt de vraag; is LWL een springplank? Wel, dit jaar niet voor nieuw talent, maar wel om een comeback te maken. Blöte sprintte naar een niet onverdienstelijke tweede plaats, na jaren van afwezigheid: “Ja, ik voelde eigenlijk wel dat er zoiets in zat. Tweede worden achter Disseldorp is eigenlijk winnaar worden van de rest.” Jolanda Straathof werd indrukwekkend derde, en trok de overwinning bij de dames naar zich toe. De laureate van vorig jaar: “Vorig jaar kon ik verrassen door mijn relatieve onbekendheid bij de andere deelnemers. Dit jaar werd er erg op mij gelet, de druk van ‘de koers’ woog enorm zwaar. Maar de klasse van Rob verloochent zich nooit natuurlijk.” Gaf ze hiermee toe dat de overwinning van vorig jaar haar gegund werd?

De Snokmaster bolde als eerste naast het podium over de meet; “LWL is nooit geen peulenschilletje!”, was het enige gesnauwde quootje wat ik uit zijn mond kon optekenen, het is alsof je een kies zonder verdoving bij hem trekt. Wie de dubbele ontkenning in zijn commentaar negeert, kan hierin lezen dat de tocht naar Wageningen een zware wissel trekt op het gestel van de wielerveteraan; lichamelijk en geestelijk is dit ‘zelfverklaarde wielerfenomeen’ aan zijn pensioen toe. Zou hij zich dit zelf ook eens realiseren? Het erkennen van de harde waarheid is voor velen de moeilijkste opgave in dit aardse bestaan.

Zijn broer is veel realistischer in deze. Als vijfde, en op minuten eindigend, vatte hij het als volgt samen: “Ik opteer volgend jaar voor de toerversie van LWL! Het wedstrijdelement is voor mij een te grote uitdaging, en tijd om onderweg foto’s te nemen is er niet. Dat mis ik wel…” Aldus de toegewijde wielertoerist. Wellicht draagt de initiatiefnemer van LWL (sinds 1978) hier een goed alternatief aan: LWL als meerdaags evenement, zoals het ook ooit begon, of als Gran Fondo zonder tijdregistratie.

Hoe dan ook, zolang ‘de Snokmaster’ zich met zijn uitgewoonde karkas en een versleten tweewieler aan de start verschijnt van Leiden - Wageningen - Leiden, in welke vorm dan ook, zal ik daarover berichten als,

P. ter Plekke,

vermeend journalist, en niet geautoriseerd biograaf van zelfverklaard wielerfenomeen ‘de Snokmaster’ Munstege.

6 Reacties

  1. Jorgen:
    13 oktober 2021
    Go Snokmaster! Go!
  2. Auteur:
    13 oktober 2021
    Hahaha 😂
  3. Jakob Cijsouw:
    13 oktober 2021
    Wederom een prachtig verhaal👏
  4. Paul Munstege:
    13 oktober 2021
    Dankjewel Jakob 😁
  5. Ingeborg:
    21 oktober 2021
    Hahaha! Die LWL toch. Prachtig lees materiaal van Ter Plekke ;)
  6. Paul Munstege:
    22 oktober 2021
    Ik zal het hem zeggen Ingeborg 😁